AI en Latijn - Breng Tacitus tot leven!

Artificiële intelligentie is aan een opmars bezig. Het zorgt voor doorbraken bij zelfrijdende auto’s, het creëert een gepersonaliseerde kijkervaring bij diensten zoals Netflix, het bepaalt wat we zien op sociale media ... en het versnelde ook de creatie van deepfakes. Meer dan 95% van alle deepfakes wordt gemaakt met kwade bedoelingen, zoals misinformatie of wraakporno. Dit project, een samenwerking tussen de UGent en het Sint-Lievenscollege, maakt een positieve case voor deze AI-technologie! We slaan zo een brug tussen twee ogenschijnlijke tegenpolen: klassieke talen en programmeertalen. In dit project gebruik je jouw kennis van Latijn om in de huid te kruipen van één van de personages uit de Annalen van Tacitus!

Brug tussen twee tegenpolen

Dit project is ontwikkeld om een brug te slaan tussen twee ogenschijnlijke tegenpolen, namelijk de klassieke talen en moderne computertechnieken en programmeertalen. Het wil de leerling een inleiding geven in de wereld van artificiële intelligentie, tonen wat de mogelijkheden, maar ook de gevaren zijn. Het is dus een combinatie van mediawijsheid, AI-kennis, begrip van Latijnse teksten en uitspraak.

Hoe kwam dit project tot stand?

Dit lesproject werd ontwikkeld door Robbe Wulgaert (Sint-Lievenscollege Gent), Florian Debaene en Laurens Van Daele (Studenten Educatieve Master Grieks-Latijn UGent). Dit samen met vakdocenten Katrien Vanacker en Katja De Herdt (UGent) in het kader van het vak 'Vakdidactiek B'. Dit project is een doorontwikkeling van het lesproject 'AI & Klassieke Talen - Breng de Romeinse keizers terug tot leven' en is gebouwd op eerder werk, namelijk 'First Order Motion Model for Image Animation’.

Aan de slag met Tacitus!

Een digitale reconstructie van Agrippina door Panagiotis Constantinou.

Voor dit project kozen we voor boek XIV, paragrafen 1 tot en met 9 uit de Annalen van Tacitus. Deze teksten vertellen het relaas van de moord op Agrippina, de moeder van keizer Nero. Agrippina zou, volgens de verhalen, zelfs zijn vermoord door een handlanger van haar zoon en keizer Nero. In de gekozen fragmenten komen een hele reeks aan personages aan bod. Nero en Agrippina, maar ook Sabina Poppaea, Acceronia en zelfs de filosoof Seneca. Allen spelen ze een rol in een verhaal waarbij Nero tot tweemaal toe probeert zijn moeder om het leven te brengen. De laatste keer met succes …

Kies jouw personage!

Binnen dit project lezen de leerlingen niet de volledige tekst. Elke leerling kiest namelijk een personage uit het verhaal aan wie een selectie uit de gekozen paragrafen is gekoppeld. Zo kunnen de leerlingen kiezen uit:

  • Agrippina: Nero’s moeder.

  • Nero: keizer van het Romeinse rijk.

  • Octavia: Nero’s vrouw.

  • Acte: Nero’s slavin.

  • Anicetus: Nero’s handlanger.

  • Acerronia: Agrippina’s ‘vriendin’.

  • Seneca: Nero’s raadgever.

  • Agerinus: Agrippina’s bode.

  • Mnester: Agrippina’s vrijgelatene.

  • Poppaea: maîtresse van Nero en vrouw van Otho (zie ook de voorbeelden later in dit artikel).

Overzicht van de personages in de tekst. Reconstructies door Panagiotis Constantinou.

Wanneer de leerlingen hun personage hebben gekozen, lezen ze de relevante paragrafen door. Daarvoor voorzien we de tekst in het Latijn en in het Nederlands. Via de tekstfragmenten leren ze de ware toedracht van hun personage in dit verhaal. Deze informatie zullen ze moeten samenvatten en omzetten in de directe rede, alsof hun personage dit zelf vertelt. In de tekst dienen de leerlingen minstens 20 tot 30 Latijnse woorden te gebruiken. Deze tekst zal als basis dienen voor de volgende stap, waar we er een echte uitspraakoefening van maken!

Ready? Set? Action!

Collega Latijn/Grieks toont hoe het moet.

Voordat we in de huid kruipen van ons gekozen personage, moeten we de tekst (in de directe rede) opnamen. Hiervoor gebruiken we de webcam van de laptop. Er zijn bij deze stap een aantal zaken waarop we moeten letten:

  • verzorg jouw uitspraak van het Nederlands en Latijn;

  • articuleer goed;

  • bind lange haren vast;

  • verwijder (indien mogelijk) accessoires zoals brillen of hoeden;

  • tracht op een vaste plaats middenin het frame te blijven;

  • breng de tekst met inleving, intonatie en enthousiasme!

Bovenstaande tips zullen ervoor zorgen dat ons AI-model een zo goed als mogelijk eindresultaat kan berekenen. Lange losse haren of onnodige accessoires kunnen het AI-model in de war brengen!

Hoe werkt deze artificiële intelligentie?

Het AI-model of First Order Image Model for Image Animation maakt gebruik van twee elementen die het tracht samen te voegen. Het eerste element is een base image of basisafbeelding. Dit is een reconstructie van één van de personages uit het verhaal van Tacitus. Daarnaast gebruikt het model onze opgenomen video, waar we onze tekst in de directe rede brengen, als driver video. Deze video zal de animatie van de base image aansturen. Het model zal dus op zoek gaan naar onderdelen van ons gezicht in de video en deze bewegingen overbrengen naar de stilstaande afbeelding.

Het AI-model dat je hierboven aan het werk ziet, gebruikt geen reguliere techniek van machine learning zoals supervised of unsupervised learning. Dit model is gebouwd volgens het GAN-principe. Een GAN of Generative Adversial Network bestaat eigenlijk uit twee AI-modellen. Het ene AI-model is verantwoordelijk voor het genereren van valse beelden, het andere model tracht de valse van de echte beelden te onderscheiden. Zie het als een eeuwig durende boksmatch waarbij twee tegenstrevers steeds beter worden. Deze aanpak zorgt ervoor dat we veel sneller tot realistische beeldgeneratie komen door middel van artificiële intelligentie … met alle gevolgen van dien.

Wat ziet het AI-model?

AI-modellen zijn vaak black boxes. Door de manier waarop ze hun eigen algoritmes schrijven, is het heel moeilijk om te zien hoe het model beslissingen maakt. AI-modellen zijn met andere woorden niet heel transparant. Door de OpenPose AI los te laten op onze video, krijg je een indicatie van de aandachtspunten die ons AI-model voor deepfakes zou gebruiken. Het is een indicatie, omdat het OpenPose AI-model een ander model is dan het First Order-model.

Eindresultaat!

Het eindresultaat is een output van drie schermen. Daarin herkennen we onze base image, de driver video en het eindresultaat. Dit eindresultaat is de synthese van de afbeelding, de videobeelden en het geluid uit de video. Het is dus mogelijk dat jij een personage koos dat niet overeenkomt met jouw genderidentiteit of stemtimbre, maar dit zou geen afbreuk mogen doen aan de technische werking van het AI-model.

Wanneer alle leerlingen hun video goed verzorgen en het stappenplan in de Notebook doorlopen, zal elke leerling één deepfake gemaakt hebben van hun gekozen personage. Wanneer je de personages groepeert in één PowerPoint-bestand en in volgorde plaatst, kan je zo het verhaal van Tacitus tot leven brengen! Elk van de personages zal zijn verhaal uit de doeken doen, vanuit het eigen perspectief!

Wat zal ik hiermee leren?

Lesdoelen

Tijdens dit project, waarbij we lectuur van een Latijnse tekst, een spreekoefening en kennismaking met artificiële intelligentie combineren, komen heel wat lesdoelen aan bod. Om de leerkracht te helpen bij het evalueren van die lesdoelen, ontwierpen we een heuse evaluatiematrix.

Deel 1 van de evaluatiematrix.

Leerplandoelen

Er worden via deze aanpak ook enkele leerplandoelstellingen (leerplan Latijn Graad 3, Katholiek Onderwijs Vlaanderen) bereikt, namelijk:

Leerplannen na de hervorming (vanaf schooljaar 2023-2024)

  • LPD 4: De leerlingen lezen Latijnse tekstfragmenten voor volgens de algemene regels van de Latijnse uitspraak en prosodie.

  • LPD 5: De leerlingen bouwen inzicht op in het taalsysteem van het Latijn en passen dat toe bij het lezen van teksten of tekstfragmenten.

  • LPD 7: De leerlingen maken doeltreffend en kritisch gebruik van hulpmiddelen (bv. woordenboek bij de synthese van de eigen tekst)

  • LPD 8: De leerlingen tonen aan dat ze de tekst begrepen hebben: de tekst weergeven in eigen woorden, samenvatten, vragen beantwoorden en vertalen.

  • LPD 11: De leerlingen ontleden de opbouw van een tekst.

  • LPD 16: De leerlingen motiveren de eigen beleving en interpretatie van Latijnse teksten (vb. Waarom koos je voor een bepaald personage?)

  • LPD 18: De leerlingen vergelijken vertalingen met de brontekst en met andere vertalingen (zoals de vertaling in de syllabus)

  • LPD 20: De leerlingen beschrijven aspecten van de maatschappij en cultuur waarin het Latijn werd gebruikt.

Leerplannen voor de hervorming (voor schooljaar 2023-2024)

  • LPD 4: Een aangeleerde leesmethode toepassen.

  • LPD 5: Bij het leesproces het tekstbegrip systematisch aan grammaticale en inhoudelijke criteria toetsen en de aard van eventuele problemen aangeven.

  • LPD 7: Tekstbegrip tonen door de hoofdgedachte uit de tekst te halen, de tekst te parafraseren, de tekst te synthetiseren, de Latijnse tekst expressief te lezen ...

  • LPD 9: De opbouw van een tekst(fragment) ontleden.

  • LPD 13: De communicatieve functie van teksten verduidelijken aan de hand van vorm en inhoud.

  • LPD 14: De relatie tussen inhoud en vorm kritisch evalueren en de expressieve waarde beoordelen volgens klassieke en hedendaagse visies.

  • LPD 15: Een tekstfragment in een ruimer geheel situeren.

  • LPD 19: Gegeven vertalingen met de gelezen brontekst en met elkaar vergelijken en daarbij verschillen tussen het Latijnse en Nederlandse taalsysteem toelichten.

  • LPD 28: Aan de hand van taal en cultuur de identiteit en diversiteit van de Romeinse samenleving toelichten.

  • LPD 29: Een persoonlijke reactie op Romeinse denkbeelden en cultuuruitingen geven en die creatief verwerken.

Benodigdheden

Leerling aan het werk in de Colab-omgeving.

Om hiermee aan de slag te gaan in de klas, heb je natuurlijk enkele zaken nodig. Dit zijn:

  • de werkbundel voor leerlingen;

  • de handleiding voor leerkrachten;

  • een laptop met een webcam;

  • een stabiele internetverbinding;

  • een Google- of Gmail-account.

Een ‘blade server’ met sterke hardware om snel complexe berekeningen te maken.

In de werkbundel voor leerlingen en de handleiding voor leerkrachten zijn alle stappen, uitgeschreven teksten en voorbeelden te vinden. De laptop, de internetverbinding en de Google- of Gmail-account is vereist om de Notebook, het programma met Python-code, te doen draaien. Deze Notebook en code vergen veel rekenkracht, meer rekenkracht dan een reguliere laptop kan genereren. Om dit project toegankelijk te maken voor alle leerlingen, maken we gebruik van de Google Colab omgeving. Deze omgeving maakt het mogelijk om de code uit te voeren op stevige serverhardware bij Google.

Ik wil dit in mijn klas! Wat moet ik doen?

Heb je interesse om samen met jouw leerlingen het verhaal van Tacticus tot leven te brengen? Of heb je een andere vraag over dit topic? Dan ben je hieronder aan het juiste adres. Doorgaans beantwoord ik jouw vraag binnen de 48 uur!

Vorige
Vorige

Prora: AI in het vakblad voor leraren Oude Talen

Volgende
Volgende

Latijn en Game Design - Project Nicolai Klimii